Spanningsopbouw-techniek: hoe bouw je spanning op? Trucs voor verlangen [Anticipatiebouwers]

Je zoekt naar spanningsopbouw-technieken en trucs om spanning op te bouwen. Wanneer je een verhaal vertelt of wanneer je iemand begeleidt, kun je de technieken in dit artikel goed gebruiken. De belangrijkste techniek die je gaat leren, is om anticipatiebouwers te gebruiken. Lees verder!

Wat is de beste manier om spanning op te bouwen? Gebruik anticipatiebouwers!

Als je spanning opbouwt, ben je het responspotentieel van je toehoorders aan het vergroten en het verlangen sterker aan het maken. Dat houdt in dat je soms met opzet wat terughoudend gaat zijn om de interesse wat meer te wekken. Hierdoor bouw je lekker veel responspotentieel op. Geef dus niet te snel specifieke informatie weg. Maak je publiek eerst nieuwsgierig. We geven je in de volgende paragrafen de anticipatiebouwers die je daarbij in je verhalen kunt gebruiken.

Spanningsopbouw-technieken: Responspotentieel opbouwen aan het begin van je sessie

Onderstaande technieken om spanning op te bouwen zijn erg geschikt voor bijvoorbeeld een coaching-sessie. Kijk daarna ook naar de volgende paragraaf om spanning op te bouwen in algemene situaties.

• Beide voeten moeten de grond raken voor aarde en de armen en benen mogen niet gekruist zijn, zodat de energie die door je heengaat kan doorstromen en er geen blokkades in je lichaam zijn. De linker en rechter hersenhelften kunnen zo ook makkelijker contact met elkaar kunnen maken.
• ‘Sluit je ogen.'
• “Haal zometeen in totaal drie keer diep adem door je buik, en voel het goed in je buik.” Bewust zijn van je ademhaling neemt aandacht weg van denken en creëert ruimte.
• Ga altijd eerst dus leid ook hierin! Als de cliënt jouw ademhaling eerst hoort zal hij vanzelf volgen. Bovendien heb jij dit als coach ook hard nodig.

Spanningsopbouw-technieken: Responspotentieel opbouwen met nog meer anticipatiebouwers

Hieronder vind je nog veel meer technieken om spanning op te bouwen.

• Geef niet meteen alles prijs. Bouw de oefening op en dien je bemoedigingen altijd beetje bij beetje toe.
• “Je hoeft niet in trance te gaan tot je onbewuste er klaar voor is en dat ga je ook niet doen tot het onbewuste er klaar voor is.”
• Gebruik eventueel een oude vertrouwde yes-set voordat je de oefeningen start. Dan krijg je onbewust meer medewerking van je cliënt. Vraag bijvoorbeeld:
  “Staan je voeten stevig op de grond?”
  “Ja.”
  “Begrijp je visualisatie?”
  “Ja.”
  “Heb je een goed voorstellingsvermogen?”
  “Ja.”
  “Ben je klaar voor een geweldige ervaring?”
  “Ja.”
  “OK, sluit je ogen en haal diep adem door je buik.”
• Ik doe niet zoveel aan x… Misschien morgen maar ik weet het niet zeker.
• Ik ben heel grondig en secuur en ik moet veel checken voor we beginnen.
• Iets in een envelop of doos, dat nog niet opengemaakt mag worden.Verwerk onderstaande woorden in je verhaal:
• Nog niet…
• Straks…
• Uiteindelijk…
• Na verloop van tijd…
• Langzaam (denk aan intonatie)…
• Beetje bij beetje…
• Over een moment…
• Rustig… Niet (al) te snel…
• Vroeg of laat…
• Eindelijk…
• Ik zou het je vertellen,  maar dan vertel je het waarschijnlijk aan iedereen anders.
• O, je wil het waarschijnlijk niet echt weten.

Dit waren de anticipatiebouwers! Ook het Witch Doctor Effect is hier een voorbeeld van.