Bij het trekken van conclusies maken we verrassend vaak denkfouten. In dit artikel krijg je een handige lijst van alle soorten denkfouten, en verderop in dit artikel geven we je vragen die je jezelf kunt stellen om te controleren of je beredenering of beslissing wel echt correct is.

Uitgebreide checklist met alle bekende soorten denkfouten

Is mijn gedachte een goede conclusie om een van de volgende foutieve redenen?

Denk ik dit alleen maar omdat…

  1. Recente blootstelling (Availability Heuristic): Ik dit toevallig recent ben tegengekomen? Denk na of je voorkeur wordt beïnvloed door recente gebeurtenissen of informatie die in je geheugen zit.
  2. Vertrouwd gevoel (Familiarity Bias): Het vertrouwd voelt, opvallend of verrassend is? Bepaal of je aantrekkingskracht op dit idee komt door een gevoel van bekendheid of emotionele resonantie.
  3. Nieuwigheid (Novelty Bias): Het nieuw is, in tegenstelling tot andere oplossingen? Onderzoek of je aangetrokken wordt tot het idee simpelweg omdat het nieuw of anders is.
  4. Bevestiging van wereldbeeld (Confirmation Bias): Het perfect past in mijn wereldbeeld? Wees je ervan bewust dat je misschien alleen informatie selecteert die je bestaande overtuigingen bevestigt.
  5. Egoïstische betrokkenheid (Egocentric Bias): Het mijn idee is (en ik de ideeën van anderen minder goed acht)? Overweeg of je bias hebt omdat het jouw eigen idee is en je daarom minder open staat voor andere meningen.
  6. Sympathie voor de bron (Halo Effect): Het bedacht is door iemand die ik aardig vind? Analyseer of je oordeel wordt beïnvloed door je gevoelens voor de persoon die het idee voorstelt.
  7. Patronen zien waar geen zijn (Illusory Correlation): Ik een patroon zie dat er misschien wel helemaal niet is? Wees kritisch op vermeende verbanden die je ziet tussen gebeurtenissen of data.
  8. Stereotypering (Stereotyping): Het beantwoordt aan een stereotype of generalisatie die prettig voelt? Vermijd het idee te baseren op oppervlakkige of generaliserende overtuigingen over groepen of situaties.
  9. Bron van afkeer (Horn Effect): De andere oplossingen bedacht zijn door iemand die ik niet aardig vind? Zorg ervoor dat je ideeën niet afwijst enkel omdat ze afkomstig zijn van iemand waar je een afkeer van hebt.
  10. Simpliciteit (Simplicity Bias): Het heerlijk simpel is, terwijl de andere oplossingen moeilijk te begrijpen zijn? Let op of je de neiging hebt om de makkelijkste oplossing te kiezen zonder de complexiteit van andere opties volledig te overwegen.
  11. Vermoeden van weten (Illusion of Knowledge): Ik denk te weten hoe andere mensen denken? Wees alert op de valkuil van aannemen dat je begrijpt hoe anderen zullen reageren zonder daadwerkelijk bewijs.
  12. Vertrouwen in voorspellingen (Overconfidence Bias): Ik denk te weten hoe dit in de toekomst zal uitpakken? Beoordeel of je te zelfverzekerd bent in je voorspellingen zonder voldoende gegevens of analyse.
  13. Vertrouwen in geheugen (False Memory Bias): Ik het koppel aan een herinnering uit het verleden waar ik honderd procent zeker van ben? Vraag jezelf af hoe accuraat en betrouwbaar je herinneringen werkelijk zijn.
  14. Onwrikbare zekerheid (Belief Perseverance): Ik gewoon zeker weet dat het een goed idee is? Analyseer of je vastzit in een overtuiging zonder bereidheid deze te heroverwegen in het licht van nieuwe informatie.
  15. Optimisme (Optimism Bias): Ik optimistisch ben over dit idee en niet over de andere oplossingen? Kijk of je geneigd bent te geloven dat dit idee beter is simpelweg omdat je optimistisch bent over de uitkomst.
  16. Begonnen project (Sunk Cost Fallacy): Ik er al aan begonnen ben? Vermijd de fout om door te gaan met iets alleen omdat je er al tijd of middelen in hebt gestoken, zelfs als het niet effectief is.
  17. Beperkt anekdotisch bewijs (Anecdotal Fallacy): Ik één persoon gesproken heb die dit een geweldig idee vindt, hoewel dit niet door data wordt ondersteund? Wees kritisch op beslissingen die zijn gebaseerd op anekdotes in plaats van op solide bewijs.
  18. Risico-aversie (Loss Aversion): Ik de andere oplossingen te risicovol vind omdat ze onomkeerbaar zijn (en ik ze daarom niet verder onderzoek)? Bepaal of je overmatig gericht bent op het vermijden van verlies, zelfs als dat betekent dat je mogelijk betere oplossingen negeert.
Hierna lezen:  Beste Boeken Over Lichaamstaal [Update 2024] [Must Reads]

Voorbeelden per denkfout

Hieronder geef ik voorbeelden van elke denkfout die je hierboven zag:

  1. Recente blootstelling (Availability Heuristic): Je hebt net een artikel gelezen over een bedrijf dat succesvol was met een nieuwe marketingstrategie. Je besluit deze strategie ook toe te passen, simpelweg omdat het recent in je gedachten zit, zonder te onderzoeken of het geschikt is voor jouw situatie.
  2. Vertrouwd gevoel (Familiarity Bias): Je kiest ervoor om een software-oplossing te implementeren omdat je een soortgelijk systeem in een vorige baan hebt gebruikt, ook al zijn er inmiddels betere opties beschikbaar. Het voelt vertrouwd, dus onderzoek je de andere oplossingen niet verder.
  3. Nieuwigheid (Novelty Bias): Je kiest voor een nieuw, trendy productiemodel omdat het “anders” is dan de gebruikelijke methodes, zonder te overwegen of het daadwerkelijk betere resultaten oplevert.
  4. Bevestiging van wereldbeeld (Confirmation Bias): Je bent ervan overtuigd dat een bepaald managementmodel het beste werkt en leest alleen artikelen die dit idee bevestigen, terwijl je kritische onderzoeken negeert die het tegendeel bewijzen.
  5. Egoïstische betrokkenheid (Egocentric Bias): Je hebt een idee gepresenteerd tijdens een vergadering en blijft het pushen, ook al hebben anderen betere voorstellen aangedragen. Je waardeert je eigen ideeën meer simpelweg omdat ze van jou zijn.
  6. Sympathie voor de bron (Halo Effect): Een collega die je respecteert, stelt een projectplan voor. Hoewel er fouten in zitten, ben je geneigd het goed te keuren omdat je de persoon hoog hebt zitten.
  7. Patronen zien waar geen zijn (Illusory Correlation): Je merkt dat wanneer je bepaalde kleuren draagt tijdens presentaties, de reacties van het publiek positief zijn. Je begint te geloven dat er een verband is tussen de kleur van je kleding en het succes van je presentaties, terwijl dit puur toeval kan zijn.
  8. Stereotypering (Stereotyping): Je besluit dat een sollicitant niet geschikt is voor een functie omdat ze van een bepaalde universiteit komt, die volgens jou niet bekend staat om het leveren van goede professionals, zonder de persoon individueel te beoordelen.
  9. Bron van afkeer (Horn Effect): Een collega waar je een conflict mee hebt gehad, stelt een idee voor. Je verwerpt het idee direct, niet op basis van de inhoud, maar omdat het van die specifieke persoon komt.
  10. Simpliciteit (Simplicity Bias): Je kiest voor een eenvoudige oplossing voor een complexe bedrijfsuitdaging, omdat deze makkelijk te begrijpen is, ook al is de oplossing waarschijnlijk te simpel om daadwerkelijk het probleem op te lossen.
  11. Vermoeden van weten (Illusion of Knowledge): Je denkt dat je precies weet hoe je klanten zullen reageren op een nieuw product, zonder marktonderzoek te doen, omdat je gelooft dat je hun gedrag al goed genoeg kent.
  12. Vertrouwen in voorspellingen (Overconfidence Bias): Je bent ervan overtuigd dat een nieuw product een groot succes zal worden, ondanks beperkte gegevens of marktanalyses die je voorspelling ondersteunen.
  13. Vertrouwen in geheugen (False Memory Bias): Je bent er zeker van dat je een succesvolle campagne hebt uitgevoerd op een bepaalde manier vijf jaar geleden, maar bij nader onderzoek blijkt dat je je details onjuist herinnert.
  14. Onwrikbare zekerheid (Belief Perseverance): Zelfs nadat je nieuwe informatie hebt gekregen die je overtuigingen tegenspreekt, blijf je vasthouden aan het idee dat jouw oorspronkelijke plan het beste is.
  15. Optimisme (Optimism Bias): Je bent overtuigd dat een nieuw project succesvol zal zijn, ondanks dat de statistieken laten zien dat vergelijkbare projecten vaak mislukken, puur omdat je enthousiast en positief bent over de mogelijkheden.
  16. Begonnen project (Sunk Cost Fallacy): Je hebt al veel tijd en geld gestoken in een mislukte marketingcampagne, maar je besluit toch door te gaan, puur omdat je al zoveel hebt geïnvesteerd, ook al zou het beter zijn om te stoppen.
  17. Beperkt anekdotisch bewijs (Anecdotal Fallacy): Je besluit een nieuw product te lanceren omdat één klant het geweldig vond, zonder voldoende data te verzamelen over de bredere marktinteresse.
  18. Risico-aversie (Loss Aversion): Je kiest ervoor om vast te houden aan een verouderde technologie omdat je bang bent dat de overstap naar een nieuwe technologie mislukt, ook al zijn de voordelen van de nieuwe technologie aanzienlijk groter.
Hierna lezen:  Bestaat De Absolute Waarheid? ('De Kaart Is Niet Het Gebied') [Filosofie]

Hier vind je enkele aanvullende denkfouten:

Kijk ook eens naar deze mogelijke denkfouten:

  1. Actor-Observer Bias: De neiging om eigen acties te verklaren op basis van omstandigheden, terwijl we de acties van anderen toeschrijven aan hun karakter of persoonlijkheid.
  2. Anchoring Bias: De neiging om te veel waarde te hechten aan het eerste stuk informatie dat men ontvangt (de ‘anker') tijdens het nemen van beslissingen.
  3. Attributiefout: De neiging om interne/individuele kenmerken te overwaarderen bij het verklaren van het gedrag van anderen, terwijl de externe situatie wordt onderschat.
  4. Bandwagon Effect: De neiging om iets te geloven of te doen omdat veel andere mensen dat ook doen.
  5. Base Rate Fallacy: Het negeren van algemene statistische informatie ten gunste van specifieke informatie, zelfs als deze minder informatief is.
  6. Dunning-Kruger Effect: De neiging van incompetente mensen om hun eigen vaardigheden te overschatten en van competente mensen om hun vaardigheden te onderschatten.
  7. Endowment Effect: De neiging om meer waarde toe te kennen aan dingen louter omdat ze in ons bezit zijn.
  8. In-group Bias: De voorkeur voor mensen die deel uitmaken van onze eigen groep (bijv. dezelfde nationaliteit of beroepsgroep).
  9. Just-World Hypothesis: De overtuiging dat de wereld fundamenteel rechtvaardig is, wat leidt tot het onterecht beschuldigen van slachtoffers voor hun eigen tegenslagen.
  10. Negativity Bias: De neiging om meer aandacht en belang te hechten aan negatieve ervaringen dan aan positieve of neutrale ervaringen.
  11. Projection Bias: De neiging om onze eigen gedachten, gevoelens en motieven te projecteren op anderen.
  12. Status Quo Bias: De voorkeur om dingen te houden zoals ze zijn, weerstand biedend tegen verandering.
  13. Zero-risk Bias: De voorkeur voor het volledig elimineren van een risico, zelfs als alternatieve opties een groter algemeen risico vormen.

Vragen om jezelf te stellen: Checklist voor het ontmaskeren van zelfmisleiding en denkfouten

Onderstaande stappen helpen je om denkfouten te herkennen en te vermijden, zodat je betere beslissingen kunt nemen. Gebruik onderstaande tools en vragen om jezelf te corrigeren bij denkfouten:

  1. Bewustwording van aannames: Wees je ervan bewust dat je voortdurend aannames doet die beïnvloed worden door denkfouten. Besef dat deze aannames vaak onbewust plaatsvinden en het besluitvormingsproces beïnvloeden.
  2. Omvat alle opties: Kijk met aandacht naar alle mogelijke oplossingen en gegevens. Overweeg alternatieven en weeg ze zorgvuldig tegen elkaar af.
  3. Neem de tijd: Neem de tijd voor je besluit: hiermee elimineer je al een groot deel van je denkfouten (je hersenen filteren vaak op basis van bekende informatie). Vermijd overhaaste beslissingen die je natuurlijke biases kunnen versterken.
  4. Data en feiten-check: Richt je aandacht op de aanwezige data. Zijn de gegevens compleet? Heb je alle bronnen gecontroleerd? Een nuchtere blik voorkomt dat je beslissingen neemt op basis van incorrecte gegevens. Ga na of je gegevens afkomstig zijn uit betrouwbare en gevarieerde bronnen.
  5. Langetermijngevolgen: Denk na over de impact van de keuze op lange termijn (je hersenen geven vaak voorrang aan de korte termijn). Overweeg hoe de beslissing zich zal ontwikkelen in de toekomst en welke risico’s of voordelen dit kan opleveren.
  6. Geheugenvalidatie: Controleer de juistheid van je herinnering aan een soortgelijke situatie in het verleden. Heb je gegevens die deze herinnering ondersteunen? Zo voorkom je dat je in de val trapt van een creatieve herinnering (je hersenen onthouden soms selectief of vervormd). Documenteer indien mogelijk feiten en gebeurtenissen om toekomstige denkfouten te vermijden.
  7. Feedback vragen: Betrek anderen in je besluitvorming om blinde vlekken te ontdekken. Vraag om feedback van mensen met een andere perspectief om mogelijke denkfouten te identificeren.
  8. Scenarioanalyse: Werk verschillende scenario’s uit om te zien hoe het idee onder verschillende omstandigheden zou kunnen uitpakken. Dit helpt om overmatige zekerheid of simplistische ideeën te vermijden.
  9. Contrafeitelijk denken (Counterfactual Thinking): Stel jezelf de vraag: “Wat als het tegenovergestelde waar zou zijn?” Dit kan helpen om je eigen overtuigingen en aannames uit te dagen.
  10. Reflectie en evaluatie: Reflecteer regelmatig op eerdere beslissingen en evalueer of denkfouten een rol speelden. Leer van je fouten om toekomstige denkfouten te minimaliseren.
Hierna lezen:  Herkaderen: Complete Uitleg [Theorie & 398 Voorbeelden]

Deze uitgebreide checklist biedt een diepgaandere benadering om denkfouten te identificeren en te corrigeren, wat kan leiden tot betere, meer rationele besluitvorming.

Verder lezen over denkfouten

Toevallig hebben we zelf nog veel meer artikelen geschreven met handige tools voor denkfouten:

Er zijn ook verschillende bekende boeken die zich richten op denkfouten, cognitieve biases en besluitvorming. Hier is een selectie van enkele van de meest invloedrijke werken over dit onderwerp:

  1. “Thinking, Fast and Slow” door Daniel Kahneman
    Dit boek is een klassieker in de psychologie en economie. Kahneman, een Nobelprijswinnaar, verkent de twee systemen van denken: het snelle, intuïtieve denken (Systeem 1) en het langzamere, meer rationele denken (Systeem 2). Hij bespreekt talrijke denkfouten en cognitieve biases die mensen vaak maken.
  2. “Predictably Irrational” door Dan Ariely
    Ariely onderzoekt de irrationele beslissingen die mensen vaak nemen en hoe deze vaak voorspelbaar zijn. Het boek bespreekt verschillende gedragswetenschappelijke experimenten en toont aan hoe onze keuzes vaak worden beïnvloed door onlogische factoren.
  3. “The Art of Thinking Clearly” door Rolf Dobelli
    Dit boek biedt een overzicht van 99 veelvoorkomende denkfouten die mensen maken. Dobelli beschrijft elke denkfout op een toegankelijke manier, met praktische voorbeelden en tips om deze te vermijden.
  4. “Nudge: Improving Decisions About Health, Wealth, and Happiness” door Richard H. Thaler en Cass R. Sunstein
    Dit boek introduceert het concept van “nudging”, waarbij kleine veranderingen in de manier waarop keuzes worden gepresenteerd, grote gevolgen kunnen hebben voor gedrag. Thaler en Sunstein onderzoeken hoe onze beslissingen vaak worden beïnvloed door context en hoe we deze kennis kunnen gebruiken om betere keuzes te maken.
  5. “Mistakes Were Made (But Not by Me): Why We Justify Foolish Beliefs, Bad Decisions, and Hurtful Acts” door Carol Tavris en Elliot Aronson
    Dit boek onderzoekt het fenomeen van cognitieve dissonantie, waarbij mensen hun overtuigingen en acties rechtvaardigen om een consistent zelfbeeld te behouden. Tavris en Aronson beschrijven hoe dit mechanisme kan leiden tot denkfouten en zelfbedrog.
  6. “Blink: The Power of Thinking Without Thinking” door Malcolm Gladwell
    Hoewel “Blink” zich niet uitsluitend richt op denkfouten, onderzoekt Gladwell de kracht van intuïtie en snelle beslissingen. Hij bespreekt hoe deze snelle beslissingen zowel zeer effectief als foutgevoelig kunnen zijn.
  7. “The Black Swan: The Impact of the Highly Improbable” door Nassim Nicholas Taleb
    Taleb's boek gaat over onvoorspelbare gebeurtenissen met grote gevolgen, en hoe mensen vaak de fout maken om deze mogelijkheden te negeren of te onderschatten. Het boek richt zich op onze beperkingen in het denken over risico's en onzekerheden.
  8. “Sway: The Irresistible Pull of Irrational Behavior” door Ori Brafman en Rom Brafman
    Dit boek bespreekt de onzichtbare krachten die ons gedrag beïnvloeden en leiden tot irrationele beslissingen. De auteurs gebruiken psychologische experimenten en voorbeelden uit het echte leven om te illustreren hoe we vaak worden meegesleept door irrationele denkfouten.
  9. “You Are Not So Smart: Why You Have Too Many Friends on Facebook, Why Your Memory Is Mostly Fiction, and 46 Other Ways You're Deluding Yourself” door David McRaney
    McRaney's boek biedt een humoristische kijk op de vele manieren waarop we onszelf voor de gek houden. Het boek bespreekt verschillende denkfouten en hoe deze ons dagelijks leven beïnvloeden.
Hierna lezen:  Bureaucratie Betekenis, Voorbeelden & 3 Essentiële Tips

Voor diepgaand onderzoek naar deze en andere cognitieve biases, kun je naast de eerder genoemde boeken ook de volgende bronnen raadplegen:

  1. “The Invisible Gorilla” door Christopher Chabris en Daniel Simons: Dit boek bespreekt hoe onze intuïties ons vaak misleiden en hoe we belangrijke details over het hoofd zien.
  2. “Superforecasting: The Art and Science of Prediction” door Philip E. Tetlock en Dan Gardner: Dit boek onderzoekt de kunst en wetenschap van voorspelling, met nadruk op hoe te denken over waarschijnlijkheden en onzekerheden.
  3. “The Logic of Failure” door Dietrich Dörner: Analyseert waarom mensen falen in complexe situaties en hoe cognitieve biases bijdragen aan deze mislukkingen.

Deze boeken bieden diepgaand inzicht in de vele manieren waarop onze gedachten en beslissingen worden beïnvloed door cognitieve biases en denkfouten. Ze zijn een goede start voor iedereen die geïnteresseerd is in psychologie, gedragswetenschappen en het verbeteren van besluitvorming.

Op jouw succes!

Wil je nog meer tips zoals deze? Meld je dan hieronder eventjes aan voor een leuke NLP-bonus zodat je niks mist: