Rapport is hét belangrijkste element om resultaten te boeken in communicatie, coaching, training, management, onderwijs, zorg, vriendschap… In dit artikel leer je wat rapport is én hoe je het opbouwt. Vaak wordt rapport maken verkeerd uitgevoerd door NLP'ers in opleiding… Pas daarom vooral de drie pro-tips toe in dit artikel, zodat jij sneller resultaat boekt!
Inhoud van deze pagina:
Om te beginnen: wat is rapport?
Nou, kijk maar naar bovenstaande video. Het heeft niks met inhoud te maken, en toch is er verbinding… Dat is rapport!
Rapport komt van het Franse woord ‘rapporter,’ wat ‘terugbrengen’ betekent. Rapport is dus wederzijds en het heeft een aanstekelijke werking.
Als twee mensen rapport hebben met elkaar, voelen ze vertrouwen en verbinding, terwijl ze inhoudelijk misschien wel lijnrecht tegenover elkaar staan. Alles mag dan gezegd, gedaan en gevonden worden. Kijk even hiernaar:
- Ik kan voor Ajax zijn en jij kunt voor Feyenoord zijn… en tóch kunnen we in rapport zijn.
- Ik kan rechts-conservatief zijn en jij kunt links-progressief zijn… en tóch kunnen we in rapport zijn.
- Jij vindt dat de schutting van mijn tuin weggehaald moet worden en ik vind dat hij moet blijven… en tóch kunnen we in rapport zijn.
Rapport heeft namelijk niks te maken met de woorden die je met elkaar spreekt. Inhoudelijk maken onze standpunten niks uit om rapport te kunnen hebben met elkaar.
Rapport heeft alles te maken met het gevoel van: “Wij zijn één en dezelfde, we begrijpen elkaar precies en we zijn bereid om elkaar blindelings te volgen.” Ook al zeg jij links en zegt de ander rechts. Het heeft er dus niks mee te maken of je het inhoudelijk met elkaar eens bent.
Het omgekeerde kan ook gebeuren: veel mensen die inhoudelijk in hetzelfde team staan en precies hetzelfde vinden, kunnen elkaar verafschuwen en totaal uit rapport zijn.
Je hebt gelijk en puur door de manier waarop je het brengt, heb je toch ongelijk.
Je hebt het vast ooit wel eens meegemaakt. Je had direct een klik met iemand en je kon er uren mee praten over allerlei verschillende onderwerpen. Een heerlijk gevoel voor jullie allebei. Misschien begon het…
- Toen je naar een afvallersclub ging en zei: “wie heeft er zin in cake!”
- Of toen je een nieuwe buitenlandse student ontmoette en vroeg: “Mis jij ook al je familie?”
- Of toen je na de Avondvierdaagse tegen je mede-wandelaars zei: ‘We made it!'
Je voelde die klik, maar waardoor ontstond het? Door de woorden die je zei, of toch door iets anders? In ieder geval heeft iets of hebben meerdere dingen die connectie veroorzaakt.
Ook zal je wel eens hebben meegemaakt dat je iemand ontmoette waar je totaal niet mee door één deur kon, waar de communicatie heel stroef liep en je het liefst weg wilde uit de situatie. Maar in de meeste gevallen is het handig als je in staat bent een klik met iemand te maken. Bijvoorbeeld met je baas of als je voor de eerste keer naar je schoonouders gaat.
Rapport wordt wel eens omschreven als dit magisch gevoel wat je wel, of juist niet, kunt ervaren van de ene persoon naar de andere.
Andere definities van rapport
Rapport heeft in NLP een specifieke betekenis. In NLP verwijst rapport naar het creëren van een relatie van blindelings vertrouwen met de ander. Binnen NLP kijken we dus of de andere persoon bereid is om ons te volgen. Dit testen we door bijvoorbeeld op ons horloge te kijken, aan ons haar te krabben of anders te gaan zitten. Doet onze gesprekspartner vervolgens hetzelfde zonder dat hij het doorheeft? Dan weten we dat er rapport is, dus dat hij ons volgt en dat we “met alles kunnen wegkomen” bij die persoon.
Rapport is een staat van onderbewuste ontvankelijkheid. Dit is dus een toestand waarin de ander non-verbaal en onbewust volgzaam op jou reageert. Het is een gevoel van ontvankelijkheid en volgzaamheid.
Mensen houden van mensen die ongeveer zijn zoals henzelf zijn. Wanneer je twee mensen in rapport ziet met elkaar, dan is het duidelijk dat ze dezelfde ademhaling, stemtoon, woordkeus en algehele energie hebben. Ze passen zich aan elkaar aan.
Al deze dingen gebeuren eigenlijk automatisch tussen mensen die een sterke band hebben… en we kunnen daarnaast ook gewoon “kunstmatig” dit gevoel creëren van ‘op dezelfde golflengte zitten'. Dit is dus een heel zinvolle vaardigheid.
De bekendste manier om rapport te maken, is het afstemmen van je eigen manier van communiceren op de manieren van de ander. Je hebt namelijk rapport met andere mensen als jullie synchroon zijn met elkaar. Je ‘wordt’ elkaar in het breedste zin van het woord. Er is dan congruentie tussen mensen. Als jullie dezelfde (lichaams)taal spreken, ontstaat er een gevoel van: “Wij spreken elkaars taal.”
Andere manieren om rapport te omschrijven zijn:
- Rapport is connectie.
- Een ‘klik’ hebben met elkaar. Hierbij voel je ook comfort. Je hoeft er dus geen moeite voor te doen, omdat het een onderbewuste manier van communicatie is: je begrijpt elkaar zonder dat je er moeite voor moet doen. Iets in de ander zegt: aha!
- Veiligheid en vertrouwen. Met rapport is er een veilige omgeving waarin alles gezegd kan worden. Je kunt jezelf zijn bij de ander en je eigen standpunten en meningen vrijuit delen met de ander. Met rapport is het mogelijk om het ondertussen inhoudelijk grondig oneens te zijn met elkaar.
- Luisteren en elkaar begrijpen. Rapport is begrip. Begrip betekent echter niet dat je het met elkaar eens bent.
- Gehoord, gezien en erkend worden, oftewel belangrijk gevonden worden: Erkenning van de situatie en iemands gevoelens en meningen.
- Openheid. Een sfeer waarin je graag zou delen. Er is dus bereidheid om te delen én om iets aan te nemen, want er zijn geen barrières. De omstandigheden zijn er om alles op tafel te kunnen gooien en goede, open gesprekken te hebben. Zonder rapport is dit soort communicatie moeilijk.
- Sterke aandacht hebben voor iets of iemand: De energie die wordt gecreëerd tussen mensen als ze gezien, gehoord en gewaardeerd worden. Als ze kunnen geven en ontvangen zonder oordeel.
- Het is sympathie én…
- Het is empathie. Wat jij voelt, voelt de ander, wanneer jullie in rapport zijn.
- Respect – bijvoorbeeld voor het wereldmodel van de ander. Of bijvoorbeeld via de bereidheid om iets voor een ander te doen.
Rapport is dus een erg breed begrip. Toch is het belangrijk om het goed te begrijpen, want rapport komt voor alles. Voordat je iets wil bereiken zorg je dat je rapport hebt met jezelf of met een ander. Gebruik dit bijvoorbeeld om meer medewerking te krijgen bij je personeel voordat je veranderingen doorvoert.
Rapport is de kunst van anderen veranderen door jezelf te veranderen.
Rapport kun je bewust ‘aanzetten'
In bovenstaande clip uit Patch Adams zie je hoe Patch ervoor kiest om zijn fobische kamergenoot volledig te respecteren, in plaats van zijn hallucinaties tegen te spreken. Eindelijk iemand die in Rudy's wereldmodel stapt. Een mooie demonstratie van Ericksoniaanse rapport en twee minuten later heeft Patch eindelijk zijn nachtrust. Anders had Rudy nog uren door kunnen zeuren.
Waarom zou je rapport maken?
Voordat je iets wil bereiken, zorg je dat je rapport hebt met een ander. Gebruik dit om bijvoorbeeld meer medewerking te krijgen bij je personeel voordat je veranderingen doorvoert, gebruik het voordat je een presentatie geeft of gebruik het voordat je iemand om een gunst vraagt.
Zorg er dus voor dat er éérst rapport is opgebouwd voordat je ter zake komt. In dit hoofdstuk leer je exact hoe je rapport opbouwt: Het komt erop neer dat je de ander volgt – door in zijn wereld te stappen. Richt je daarna pas op datgene waar je eigenlijk voor komt.
Bijvoorbeeld: geef je een training aan een groep, dan is het slim om de eerste tien minuten gewoon lekker een vriendschappelijk gesprek te voeren met de groep en om met interesse te vragen hoe het met ze gaat. Introduceer daarna pas de inhoud, want dan heb je bereidheid van de groep om jou te volgen.
Rapport maken is dé sleutel voor alles. Er wordt wel eens gezegd: ‘Met rapport is alles mogelijk, zonder rapport is niks mogelijk.' Heb je het, dan kun je overal mee wegkomen. Je kunt dan bijvoorbeeld vertellen dat je het ergens niet mee eens bent, terwijl je de relatie behoudt. Heb je het niet, dan kun je je veel minder veroorloven. Kortom: je hebt veel meer opties om iets te bereiken als je rapport hebt met iemand.
Ook in coaching werkt het precies zo: een cliënt kan pas jouw instructies volgen om een visualisatie te starten, als hij daadwerkelijk bereid is om jou te volgen. Dat bereik je door eerst rapport te maken door te volgen, en dan pas de coachinterventie te doen. De spiegelneuronen zorgen er dan voor dat de client jou volgt. Dit is empathische resonantie. Dat zorgt ervoor dat de ander als een marionettenpop onderbewust geleid wordt.
Rapport maakt communicatie en leiderschap makkelijk.
Waarom zou je geen rapport maken? Makkelijker nee zeggen door (de afwezigheid van) rapport
Natuurlijk, je hoeft niet met iedereen beste vrienden te worden. Soms is het heel handig om rapport te kunnen breken, bijvoorbeeld als je snel van een irritante verkoper af wil. Of als je tijdens je bus-, trein- of vliegreis naast iemand zit die maar niet ophoudt met je te praten. Schreeuw bijvoorbeeld op een maniakale en dronken toon: “Ja, heel graag! Kom alsjeblieft hier en vertel me meer!!!” Dan denkt de verkoper meteen al dat je geen serieuze klant bent met genoeg geld om uit te geven.
Door rapport te breken, zeg je nee zonder daadwerkelijk nee te zeggen.
Wat is namelijk het meest briljante aan rapport? Dat de woorden die je zegt, maar heel weinig uitmaken. Dus als je geen zin hebt in een straatverkoper, kun je met je woorden gewoon interesse tonen, maar met je lichaamstaal heftig gaan mismatchen. Je kunt je zelfs als een junk of kamper gedragen die zegt dat ie geïnteresseerd is in de verkoper, maar de nette verkoper zal weg willen rennen door het totale gebrek aan rapport.
Breek rapport ook opzettelijk om even later makkelijker nee te zeggen of om überhaupt geen nee meer te hoeven zeggen.. Misschien hoef je dan niet eens nee meer te zeggen omdat de andere persoon de boodschap al lang opgepikt heeft. Op deze manieren kan je rapport breken:
- Breed staan met armen in je zij, terwijl de ander normaal staat.
- Armen over elkaar, terwijl de ander juist open en ontvankelijk staat.
- In de tegenovergestelde voorkeurspredikaten van de andere persoon praten. Is hij sterk visueel: “Ziet u wat ik bedoel?” Praat dan met kinesthetische termen: “Ja man, ik voel je wel gast…”
- Eventueel kun je ook op de inhoud mismatchen, hoewel dat niet per se iets met rapport te maken heeft: Je kunt alle riskante, maar goed bedoelde, uitspraken als beledigend opvatten: “pardon!”
- Spreek in je tweede taal en zeg dat je ook geen Engels spreekt. “Ik klein beetje Nederlands praten.”
Je kunt ook nee zeggen door juist wel rapport op te bouwen. Dat wordt ook wel ‘ontwapenende empathie’ genoemd.
- Eerst vat je samen wat hij heeft gezegd.
- Je kunt daarna je waardering uitspreken over het product van de verkoper, zeggen dat je je vereerd voelt, dat je het heel erg waardeert dat hij het aan je vraagt en je kan zeggen dat de prijs van de verkoper fenomenaal is.
- Daarna kun je de ‘nee’ gaan zeggen. Je zegt dat je het niet wil kopen.
Lees hier mee over netjes nee zeggen.
Hoe bouw je rapport? Alle do's en don'ts
Lees in de volgende alinea's alles over hoe je nou rapport kunt maken. Daarna komen ook de don'ts aan de orde. Goed om te weten: metaforisch gezien vormen je woorden maar 7% van je communicatie. De meeste tips uit dit artikel focussen zich dus op gevoel, intonatie en lichaamstaal. Daarnaast komen je kalibratie-skills goed van pas bij het maken van rapport.
Do's om rapport te maken
1. Spiegelen/matchen: de meest voor de hand liggende manier
De meest voor de hand liggende manier om rapport te maken is ‘spiegelen'. Hiermee krijg je al binnen enkele minuten of zelfs seconden rapport met iemand.
‘Spiegelen’ is echter een truc die de stagiaire van de Margriet aan je zou meegeven: “Doe uw gesprekspartner na. Moet hij krabben aan zijn hoofd, krabt u dan ook aan uw hoofd.” Dit is niet alleen een goedkoop cliché, het is ook nog eens een ramp als de ander jou doorkrijgt – en dat gaat zéker gebeuren als je het zo doet – dan is de connectie juist compleet gesloopt.
Let dus op dat je het spiegelen vernuftig doet. Ga mensen niet zomaar na-apen maar pas mijn slimme tips toe. Zo match je de andere persoon op manieren die niet op te merken zijn.
Als de ander zich krabt, hoef je niet ook te krabben voor rapport. Dit is een van de grootste fouten die mensen maken als ze een NLP-training hebben gevolgd en hebben geleerd om rapport te maken.
Het kan subtieler. Laten we beginnen met 4 manieren waarop de ervaren NLP-ers dit doen.
Hier zijn de vier belangrijkste principes voor het subtiel spiegelen:
- Spiegel uitsluitend het energieniveau van de ander, waaronder het humeur en de emoties, en spiegel dus niet letterlijk het gedrag van de ander. Dit is zelfs de beste manier om te spiegelen. Rapport = empathie, dus spiegel ook de emotionele gemoedstoestand van de ander: voel wat de ander voelt.
- Je kunt ook extra onopvallend spiegelen door het met vertraging te doen. Als de ander praat, spiegel je zijn houding nog niet. Als het jouw beurt is om te praten, neem je pas de houding van de ander aan of maak je de gebaren van de ander, en dat doe je tijdens het praten zodat de aandacht daarvan afgeleid wordt.
- Cross over-spiegelen. Zit iemand aan zijn haar te frummelen, doe jij dat met je broek. Zijn z’n benen gekruist? Kruis dan jouw armen. In de situatie waarin je iemand wil kalmeren die aan het hyperventileren is, kun je het ritme van zijn ademhaling met je handen matchen en dat tempo dan langzaam omlaag brengen.
- Spiegel de grote bewegingen van de cliënt door ze zelf te vertalen in micro-spierbewegingen. Als de ander zijn arm optilt, dan til jij je armspieren heel lichtjes op, zonder dat dit zichtbaar is. Zo blijf je buiten de bewuste aandacht van de ander.
Andere mogelijkheden om te spiegelen: fysiologie
- Het postuur van iemands lichaam.
- De kanteling van iemands hoofd.
- (Emotionele) gezichtsuitdrukking – en zeker ook de emotie zelf. Bijvoorbeeld dat van een kind dat aan het gluren is: dan gluur je gewoon terug met dezelfde gezichtsuitdrukking.
- Fysiologische ritmes: als iemand met zijn voeten tegen iets aan het tikken is kun je dat ritme spiegelen door bijvoorbeeld met je hand iets soortgelijks te doen met hetzelfde ritme.
- Gebaren: maakt iemand grote of kleine gebaren, dan doe je hetzelfde. Maakt iemand geen gebaren, dan houd je je handen ook helemaal stil.
- Positie en beweging van de benen.
- Ademhaling. Je kunt dit ook spiegelen door bijvoorbeeld op hetzelfde ritme op de tafel te tikken en dan langzaam naar een lager tempo te leiden. Je kunt ook je hand op de schouder van de client leggen en meer of minder drukken bij het in- en uitademen. Druk steeds minder ver bij het inademen. Zo kunnen bijvoorbeeld kinderen rustig gekregen worden. Je hoeft dus niet altijd letterlijk te spiegelen. Dat heet crossover-spiegelen. Ook kun je je perifeer zicht aanzetten om iemands ademhaling te kunnen waarnemen, waardoor je dat eenvoudiger kunt matchen.
- Lichaamstaal en energieniveau. De sub-communicatie is dan: “Aha jij bent niet een van die mensen (druk gebarend in de lucht) maar jij bent een van deze mensen (armen rustig naar beneden hangend)!”
Tijdens een aflevering van het Amerikaanse TV-programma Impractical Jokers kreeg een van de Jokers de opdracht om een huisgenoot te zoeken. Het ging hem perfect af, omdat hij bij binnenkomst van de bezoeker meteen het energieniveau in zijn stem, gezicht en gebaren spiegelde. Binnen een minuut stonden ze perfect synchroon, luid lachend op de banken te springen.
Andere mogelijkheden om te spiegelen: woorden
- Gebruik de zintuiglijke voorkeur van je gesprekspartner in jouw taal. Dit komt tot uiting via predikaten. Als de cliënt zegt: “Het was schitterend en schilderachtig” zeg je niet: “Wow, het moest vast heel goed voelen.” Maar wel: “Wow, ik zou me kunnen voorstellen wat voor helder uitzicht je daar gehad moest hebben”. Dit is het linguïstische equivalent van het matchen van gebaren en lichaamshouding.
- Neem andere karakteristieken over van het representatiesysteem waarin de ander op dit moment zich in bevindt.
- Gebruik ook hun zintuiglijke strategie die in hun verhaal voorkomt. Bijvoorbeeld: voel voel zie voel (k k v k).
- Letterlijk taal spiegelen: probeer een paar woorden van de taal van de ander te leren (als de ander een andere taal spreekt).
- Hun persoonlijke trancewoorden. Ken je die mensen die constant ‘gozer' zeggen? Als je ook ‘gozer' gebruikt, heb je al extra rapport. Hoe herken je persoonlijke trancewoorden? De ander zal ze vaak herhalen en/of nadruk op deze woorden leggen, want ze zijn beladen. Herken ze! Vervolgens herhaal je hun woorden precies, want dat zijn hun trance-woorden. Als je een gestreste cliënt bijvoorbeeld weer goed wil laten voelen kun je haar trance-woorden en haar genot-ankers gebruiken die ze al heeft. Als haar woorden bijvoorbeeld “super” en “energie” zijn kun je zeggen: “Weet je, is het niet interessant dat wanneer je iemand ontmoet die je super veel energie geeft, dat naar een compleet nieuwe richting kan leiden?” Zoek de personal trance words van te voren op via de social media of blog van je client. Ook de waarden van de ander zijn personal trance words.
Voorbeeld: een van de personages in de TV-serie ‘Better Call Saul' zei constant het woordje ‘Amerikaans’. Toen Saul Goodman hem ergens van wilde overhalen om niet te doen, zei hij: ‘Dat is erg onamerikaans.'
Andere mogelijkheden om te spiegelen: stem
- Spreektempo. Zorg dat je hetzelfde spreektempo aanhoudt als je gesprekspartner. Een fout voorbeeld: Telemarketer: “Blablablabla (snel).” “Klant: wat… is… het precies… waar… je het… over hebt…?”
- Spreekvolume. Zorg dat je niet zachter of harder praat als je gesprekspartner, maar even luid.
- Ritme: regelmatig of onregelmatig, snel of langzaam, aantal pauzes, langdurige of korte pauzes.
- Tonaliteit: is de stem van je gesprekspartner eentonig of meertonig en meoldieus? Spiegel dat.
- Toonhoogte. Heeft iemand een hoge of diepe stem? Ga daar ook in mee.
- Accent of dialect. Praat iemand plat, ga dan niet formeel en netjes terugpraten als je rapport wilt maken.
- Markeringen of klemtonen.
Andere mogelijkheden om te spiegelen: gebruikmaken van kalibratie
- Alles wat je kalibreert. Observeer goed en merk op: bloost de persoon, heeft ze een stralend gezicht doordat ze haar gezicht weet te ontspannen, knippert ze anders met haar ogen? Heeft ze een snellere of langzamere ademhaling? Dat laatste kan je bijvoorbeeld zien via de borstkas.
Voordat we doorgaan naar de volgende tip, is het goed om te weten dat bovenstaande tip ook zeker kan betekenen dat twee mensen in een ruziënde houding zijn en daardoor juist rapport hebben. In een liefdevolle relatie kunnen de partners ruzie maken en waanzinnig sterk in rapport zijn op dat moment. Een klagende, schreeuwende, boze klant zal zich alleen maar meer gaan ergeren wanneer het personeel een super nette “klantenservice-stem” op gaat zetten.
Zo was Grinder eens in New York op iemand aan het wachten die hem met de auto naar het vliegtuig zou brengen, toen hij besloot aan een taxi langs de straat te vragen hoe laat het is. De reactie van de taxichauffeur was direct: ‘F you!' Dus Grinder besloot zijn middelvinger twee minuten lang in zijn hand verstopt te houden en er heel aandachtig naar te kijken. ‘Wat is dit? Dit heb ik nog nooit in mijn leven gezien!' Dit wekte de interesse van de taxichauffeur. ‘Wat heb je daar?' ‘En de middelvinger kwam naar buiten. 30 seconden later hoorde Grinder de taxichauffeur roepen: ‘Het is tien over drie.'
2. Afstemmen op iemands metaprogramma's
- Neem hun metaprogramma’s ook in beschouwing bij het maken van Rapport. Is iemand detail-georiënteerd, maak dan kleine gebaren en leg je ideeën in kleine stapjes uit. Denkt iemand juist in grotere chunks, maak dan grote gebaren met je hele arm en praat meer in grote lijnen. Doe dit ook bij de andere metaprogramma’s die mensen kunnen hebben.
3. Stem af op het abstractieniveau van de ander (logische niveaus)
Praat iemand alleen maar over concrete, oppervlakkige zaken, dan moet je niet opeens op de abstractere niveaus van capaciteiten, waarden, identiteit en missie gaan praten. Anders ontstaat er mogelijk onbegrip en verwarring.
Stel dat de ander alleen maar aan het praten is over omgeving – zoals spullen, boodschappen, haarverf – en gedrag – zoals shoppen en schoonmaken. Dan ga je niet praten over kennismanagement, sociale bijdrage, doelen en dromen.
Herken dus op welk niveau jij communiceert en op welk niveau je gesprekspartner communiceert. Er zijn twee handige tools om abstractieniveaus te herkennen in een gesprek:
- Upchunken naar hogere abstractieniveaus en downchunken naar lagere abstractieniveaus.
- Het model van de logische niveaus van Dilts/Bateson.
Praten jullie op een verschillend niveau? Praten jullie langs elkaar heen doordat jullie op verschillende abstractieniveaus zitten? Let erop en stem af op waar de ander zit, zodat jullie op hetzelfde niveau kunnen communiceren. Je kunt uiteraard ook het niveau langzaam omhoog leiden. Zie volgende tip…
4. Klim op stijlvolle wijze hoger in de neurologische niveaus
Je kunt op alle logische niveaus van Dilts/Bateson rapport maken, maar je ziet mensen meestal alleen op de lage niveaus rapport maken. Zelfs in relaties zie je dit: ‘Wat ga jij doen vandaag?' ‘Dit.' ‘Jij?' ‘Dat.' ‘Doei!'
Er zijn diepe connecties mogelijk als je iemand omhoog weet te leiden naar hogere logische niveaus. Wanneer je met iemand praat die alleen maar op de lagere abstractieniveaus praat, kun je de ander heel langzaam, niveau voor niveau, omhoog leiden.
- Klim langzaam maar zeker naar de hogere logische niveaus van Dilts in het gesprek. Van omgeving naar gedrag, naar capaciteiten, naar overtuigingen & waarden, naar identieit en misschien zelfs naar missie.
- Denk en vraag: wat is op dit moment het belangrijkst voor deze persoon? Probeer oprecht te weten te komen wat voor de ander belangrijk is. Begin met anderen te begrijpen in plaats van te verwachten dat ze eerst jou begrijpen.
5. Vraag hoe het met de ander gaat en pas je luistervaardigheden toe
Gebruik meer luistervaardigheden, zoals:
- Je eigen belevingswereld en ego loslaten en met oprechte nieuwsgierigheid de belevingswereld van de ander verkennen. Dit heeft oefening nodig.
- De ander laten uitpraten.
- Interesse hebben in de ander.
- De ander aanmoedigen om meer te vertellen. Dan kun jij namelijk ondertussen nog meer patronen ontdekken, zoals de predikaten die de ander gebruikt.
- Met je volledige aandacht bij de ander zijn, zodat je echt kunt horen en begrijpen wat de ander aan het vertellen is.
- En gebruik nog meer luistervaardigheden!
6. Gebruik het NLP-principe van het benoemen van de positieve, gemeenschappelijke intentie
- Zoek naar de positieve intentie van de ander (de onderliggende bedoeling) en let niet zozeer op wat de persoon doet of zegt. Misschien snapt ze niet alles, maar ga ervan uit dat ze haar hart op de juiste plaats heeft. Elk gedrag heeft namelijk een positieve intentie. Zelfs als iemand negatief tegen je doet kun je op zoek gaan naar de positieve intentie.
- De overeenkomsten benoemen: “Weet je Tom, jij en ik willen hetzelfde. We zijn beide ouders. We willen beiden x, we willen beiden y, we willen beiden z. Waar we in verschillen is de manier waarop we die doelen willen bereiken.”
- Observeer en luister goed! Zoek naar gelijkenissen. Bijvoorbeeld gemeenschappelijke ervaringen en associaties.
7. Heb een state van respect en liefde voor jezelf en voor de ander
Deze tip is vooral handig voor het rapport maken met groepen tijdens het geven van presentaties, en zal je automatisch een zachte stem en een warme, vloeiende en liefdevolle aanwezigheid geven. Dan is alles mogelijk. Je zou dit ook als compassie kunnen zien, maar dan meer in een NLP-stijl. Gebruik de volgende stappen:
- Respecteer het wereldmodel , de tijd, energie, favoriete personen en geld van de ander. Dit zijn voor de ander belangrijke hulpbronnen.
- Voel liefde voor jezelf en liefde voor de ander.
- Voel een bronvolle intentie voor jezelf en een bronvolle intentie voor de ander.
- Focus op je rapport-vaardigheden.
- Kalibreer.
8. Neem de tweede waarnemingspositie aan (empathie en flexibiliteit)
- Verplaats je in de ander. Je neemt het metaprogramma ‘sorting by other' aan. Gebruik dus de tweede waarnemingspositie: stap in het wereldmodel van de ander en doe alsof je de andere persoon bent.
- Speel in op de belevingswereld van de ander op dat moment, door bijvoorbeeld te vragen wat hij op dat moment aan het doen is. Bonus-tip: mensen houden ervan om te praten over de handeling waarmee ze op dat precieze moment mee bezig zijn.
- Gebruik alle tips om meer empathie te tonen.
- Flexibiliteit: laat je eigen referentiekader los en stap die van een ander binnen. Gebruik hun taal, woorden, overtuigingen, houding, argumenten etc. om alles te kunnen bereiken. Degene met de meeste flexibiliteit in een situatie of systeem heeft de meeste controle en beïnvloedingskracht en zal uiteindelijk winnen. Is er bijvoorbeeld een hard krijsend, verwend kind? De oplossing is een harder krijsende moeder. Ze spiegelt daarmee het kind en laat het daarmee inzien wat ze fout doet. Dus spiegel en pas jezelf aan het energieniveau van de ander aan.
9. Parafraseren en echoën
- Parafraseren is niet altijd aan te raden: parafraseren betekent dat je de boodschap van de ander in andere woorden herhaalt of samenvat. Van tevoren kun je zeggen: “Ik wil even zorgen dat ik het goed begrijp, je zei dat…” Daarna kan je parafraseren. Er is wel een groot risico dat je hiermee juist rapport breekt doordat je de verkeerde woorden kiest die een heel andere betekenis voor de andere persoon hebben.
- Echoën is daarentegen altijd goed: letterlijk herhalen wat hij zegt. Dan kan je niet fout zitten. Dit wordt ook wel backtracking genoemd. Zegt je gesprekspartner bijvoorbeeld dat hij ruzie heeft met zijn vrouw, zeg dan niet: “Wat vervelend dat je problemen hebt met je vrouw.” Nee, gebruik exact hetzelfde woord: “Wat vervelend dat je ruzie hebt met je vrouw.”
10. Betrek emoties
- Match iemands emoties. Voel wat de ander voelt. Heb dezelfde energie als de ander.
- Beschrijf de emoties of gemoedstoestanden die passen bij wat de persoon aan het vertellen is.
11. Gebruik ‘open loops' en ‘nested loops'
- Plaats ‘rapport baits’ om anderen uit te nodigen in het gesprek te investeren door het ze makkelijk te maken interesse te tonen en vragen te stellen.
- Hoe plaats je een ‘rapport bait'? Doe dit door niet alle informatie te geven. Laat dus expres gaten vallen.
- Bijvoorbeeld: “Ik liep gisteren naar een concert toen ik Jan opeens zag lopen.” De ander kan nu vragen: “Naar welk concert ging je?” Ander voorbeeld: “Toen ik in Schiphol was kreeg ik opeens een heel gaaf idee…!” “Wat deed je in Schiphol?”
- Mensen kunnen zo terugkomen en je makkelijk opnieuw benaderen met vragen over wat je eerder hebt verteld. Dit heeft tegelijk een ‘fractionerende werking' omdat er steeds van gespreksonderwerp gewisseld word. Mooi meegenomen! Verkopers gebruiken deze techniek als ze met de voicemail te maken krijgen en 100% teruggebeld willen worden. Bel ze en laat een bericht achter waarin je zegt dat je iets belangrijks te zeggen of ontdekt hebt. Begin het te beschrijven en hang op in het midden van je zin. Ze bellen je zo snel mogelijk terug. Gebruik een probleem met de telefoon als excuus en je hebt nu interesse voor je verhaal.
12. ‘Assume friendship'
- Ga ervan uit dat er al rapport is tussen jullie. Doe alsof het je beste vriend is. Hoe ga jij om met je beste vriend? Gedraag je precies zo met de persoon waarmee je rapport wil maken. Het werkt namelijk aanstekelijk. Als je hier moeite mee hebt kan je het vriendschapsgevoel in je lichaam opmerken. Waar voel je dat in je lichaam? Geef het een kleur en vergroot het.
13. Visualiseer rapport
- Stel je voor dat er een bol om jullie heen zit met een deken van rapport – of zie een gouden bubbel van connectie over jullie heen – om zo intense emoties te voelen met die persoon. De ander zal het automatisch ook voelen door de aanstekelijke werking.
Ga zo te werk:
- Bepaal voor welk gevoel je gaat. Bijvoorbeeld: openheid of warmte.
- Stap in de wereld van de andere persoon, oftewel bouw rapport op volgens de eerder genoemde methodes.
- Ga door dot het gevoel van rapport sterk wordt in je.
- Stel je voor dat er een stralende bol om jou heen zit vol energie en openheid.
- Visualiseer dat de bol zich opent en zich uitbreidt totdat het jullie beide bedekt.
- Versterk de visuele en de gevoelsaspecten van de bol totdat het zo sterk zoals jij het wil.
- Vergeet deze bol van openheid. Focus nu op alle andere aspecten van de interactie.Bovenstaande ‘doen alsof-techniek’ kan je enorm helpen in allerlei situaties. Doe bijvoorbeeld alsof iemand de aller belangrijkste filmster van de wereld is en verbaas jezelf over hoeveel beleefdheid, focus en aandacht je aan die persoon geeft. Of doe alsof iedereen een engel-aureool boven zich heeft en engel-vleugels heeft (ook jezelf).
- Ook kun je van een andere krachtige visualisatie-techniek gebruikmaken: gebruik de submodaliteit ‘locatie' om het beeld dat je van een vreemde hebt, op de locatie te zetten van het beeld dat je van een vriend hebt. De andere persoon zal dan automatisch als vriend aanvoelen voor je.
14. Wees in het hier-en-nu met volledige aandacht voor de ander
- Geef je volledige aandacht aan de persoon waarmee je in gesprek bent, en focus je volledig. Je bent volledig in het hier-en-nu met de ander. Elon Musk staat hier bekend om. Hij behoudt de focus die hij met je heeft, zelfs na heel lang gecomputerd te hebben. Niks is erger dan ogen die achter je langs kijken om te zien of er iemand interessanters aanwezig is.
- Wat is een manier om dit te bereiken? Door in je lichaam te blijven (in plaats van je hoofd). Dat doe je door jezelf te aarden. Verbind je energie met de grond. De aarde voedt ons, kalmeert ons, helpt ons met onze emoties en houdt ons in ons lichaam.
- Een andere manier is zintuiglijke scherpzinnigheid. Heb aandacht voor alles en iedereen om je heen – wees bewust. Richt je aandacht naar buiten toe, zet je perifeer zicht aan en wees bewust van de energie om je heen en hoe het je beïnvloedt.
15. Ja én!
- Zeg ‘ja, en’ in plaats van ‘ja, maar’. ‘Ja’ zeggen is volgen. Je parafraseert of echoot wat je gesprekspartner zegt. `En’ zeggen is leiden. Vervolgens leid je met jouw ideeën en bemoedigingen. In het Milton Model wordt altijd ‘en' gebruikt in plaats van ‘maar'. Dit principe is het overeenstemmingskader, zoals toegelicht in het artikel over volgen en leiden.
16. Glimlach! Heb een zachte liefdevolle energie
- Heb een glimlach. Of nog beter, heb een stralende, ondeugende, wakkere lach. Die krijg je als je in contact bent met je intuïtie. Je hebt dan een zachte, liefdevolle energie met stralende ogen. Je doet ertoe. Je straalt passie uit en: ‘zin in het leven!'
17. Wees intuïtief, want een klik is vaak een pure 'toevalstreffer'
- Een 100% zuivere klik met iemand is vaak een pure ‘toevalstreffer'. En niet iedereen kan toevalstreffers krijgen. Je krijgt dit soort ‘synchroniciteiten‘ als je je laat leiden door je intuïtie. Soms geeft jouw hart (je intuïtie dus) je iets in om te doen of juist te laten. Volg je je intuïtie, dan kan zomaar hart-tot-hart-communicatie ontstaan. Hier vind je 89+ tips om je intuïtie te volgen.
18. Ontmoet mensen steeds weer als nieuw persoon
- Als je iemand die je al kent, tegenkomt, ontmoet dan geen wandelende persoonlijke geschiedenis. Houd je niet bezig met wat je van de ander weet of vindt. Laat iedere ontmoeting met mensen vers zijn. Wat is hun energie? Hun emotie? Tune in de mens.
- Hoe? Leg je hand op je buik. Adem diep in en uit. Langzaam. Blijf zintuiglijk scherp en merk steeds iets nieuws op aan de ander. Met aandacht.
19. Focus op het centrum van je hart of je buik
Weet je niet wat je moet zeggen, ben je niet echt aan het luisteren en merk je dat je van binnen mentaal commentaar aan het maken bent? Dan moet je deze tip eens uitproberen! Je hebt vast wel eens iemand horen zeggen: ”bij jezelf' blijven tijdens een gesprek.' Maar wat betekent die vage kreet nou precies? Het betekent dat je de volgende stappen onderneemt:
Deze tip is erg simpel, rustgevend en hartstikke effectief.
- Wanneer je in gesprek bent met iemand, kun je ervoor kiezen om je aandacht weg van de logica, naar het centrum van je hart te brengen. Ga dus met je aandacht naar het gebied rondom je hart. Heb alleen aandacht voor die plek. Die plek is namelijk verbonden met iedereen, dus als je verbonden bent met je hart, ben je verbonden met je gesprekspartner.
- Voel en kijk wat daar zit – vaak zal je daar emoties voelen. Daar zit namelijk oneindige liefde, warmte en kracht. Wanneer je dat doet, zal alles automatisch goed komen: het gesprek en de mate van rapport. Vanuit hier kun je ‘weten': ‘Wat voelt nu, in deze seconde, relevant om te zeggen of doen?' Wees stil en luister naar wat je hart te zeggen heeft. Dat betekent dat je niet meer hoeft te denken over het vorige woord of wachten op het volgende.
- Ook kun je ervoor kiezen om je aandacht bij je buik te brengen. Adem diep in en uit. Hierdoor krijg je automatisch ook de volledige aandacht voor de ander. Focus je hierbij ook op het gevoel (‘aura') dat je van de ander opvangt.
- Adem bovendien met de ander mee terwijl je dit doet.
- Een andere optie is om je een lijn voor te stellen vanuit het midden van je hersenen, door de achterkant van je keel, door je hart, naar beneden door het centrum van je lichaam tot aan je kruis. Met je huid, lichaam en geest zo wijd open, zal je volledige aandacht bij je gesprekspartner zijn en zal de ander het merken.
Als dit betekent dat er een diepe stilte is, dan is ie er. Merk op hoe liefdevol deze stilte is. Zodra er iets gezegd moet worden, zal automatisch het juiste gezegd worden.
In dit moment kan ik je zien. En in dit moment ben je aanwezig – en niet aan het denken. Er is niks om over te denken. Ik bereid niet het volgende voor wat ik ga zeggen. Het komt er gewoon uit. Nu ben je de ruimte die iedereen is. Nu ben je in verbinding met alles.
20. Modelleer iemand die al rapport met deze persoon heeft
- Ken je mensen die al met succes rapport heeft opgebouwd met deze persoon? Wat kan je van ze leren? Wat is hun achtergrond? Welke andere hulp kun je gebruiken? Wat is de eerste stap?
21. Deel je verdrietigheden, oftewel je kwetsbaarheid
- Rapport betekent een diepe verbinding. En hoe maak je een diepe verbinding? Via kwetsbaarheid. Laat je zwakten zien en praat erover. Vertel gerust dingen over jezelf die een klein beetje verdrietig en kwetsbaar zijn. Houd er wel rekening mee dat ware kwetsbaarheid in daden geuit wordt, zoals het aanbieden van een knuffel of andere risico's nemen. Zomaar je ellende aan iemand vertellen is geen kwetsbaarheid!
- Want dan verschijnt er opeens liefde en verbondenheid. Je hebt iets kwetsbaars gedeeld en dat zorgt voor herkenning en diepe connecties en dit is een uitnodiging voor de ander om hetzelfde te doen. Op moeilijke momenten van het leven komen mensen (zoals geliefden of goede vrienden) bij elkaar.
22. Praat luid en duidelijk
- Dit punt lijkt een vorig punt tegen te spreken omdat je bij rapport juist hetzelfde volume wilt gebruiken als je gesprekspartner. Echter, als jouw woorden de andere persoon niet eens kunnen bereiken omdat je volume te laag is, dan gaat het wel heel lastig worden om met elkaar te communiceren. Ben je niet verstaanbaar, dan is rapport maken lastig.
- Bovendien: zelfs als je fluistert is het mogelijk om jouw boodschap duidelijk en zelfs ‘luid' naar de ander over te brengen. Gebruik aandacht en stuur je woorden kraakhelder, luid en duidelijk naar de ander toe.
Rapport-do's 22 t/m 37
- Stem af op de waarden van de ander. Dat kun je doen door zijn of haar waarden uit te vragen en om ze vervolgens gewoon eens een aantal keer te noemen. Kijk eens wat jullie gemeenschappelijke waarden zijn.
- Oberveer, vind en/of creëer gewoon overeenkomsten tussen jou en de ander, bijvoorbeeld qua houding, emotie, lichaamstaal, overtuigingen en waarden.
- Stel je kwetsbaar op en geef complimenten.
- Naast iemand zitten of in een hoek van 90 graden. Tegenover elkaar communiceert rivaliteit. Zit je toch tegenover elkaar? Stoel 90 graden draaien.
- Een docent of leidinggevende kan bij binnenkomst tussen iedereen in zitten in plaats van op de leiderschapspositie. Maak oogcontact en meng je tussen iedereen.
- Barrières tussen jou en gesprekspartner weghalen, zoals een grote plant op tafel die tussen jullie in zit. Eventueel kan je een stoel pakken en dichterbij zitten.
- Jezelf voorstellen aan iemand draagt direct bij aan de mate van rapport.
- Gebruik de woorden ‘jij’, ‘wij’ en ‘ons’ in plaats van ‘ik’ en ‘mij’.
- Stem je kleding af op de kleding van de ander.
- Maak de rituelen en gewoontes van de ander jezelf ook eigen.
- Ga ‘all the way'. Is het een onhandelbaar kind waar je rapport mee wil maken, gedraag jezelf dan ook onhandelbaar. Is het een hond waar je rapport mee wil maken, blaf dan. Is het een kind met een spraakgebrek, stap dan helemaal in het wereldmodel van het kind en praat dan ook met klanken in plaats van woorden. Dit is het ultieme gebaar voor respect!
- Een andere manier om het de ander makkelijker te maken rapport met je op te bouwen is het herhaaldelijk duidelijk maken van je naam. Mocht de client je naam vergeten zijn heb je haar hiermee geholpen je naam beter te onthouden. Herhaal je naam bijvoorbeeld een paar keer bij de introductie, maak duidelijk hoe je hem spelt, of vertel een anekdote over jezelf in de derde persoon: “En toen zei Rolf tegen me: “Bart jongen, zo had ik het nog nooit bekeken.”
- Denk nooit dat je 'te goed' bent voor iemand om er rapport mee te maken. Praat iemand het liefst op oppervlakkig niveau, en jij juist op hoger niveau, pas je dan juist aan aan de ander. Dit getuigt van flexibiliteit. Je hebt altijd de keuze om rapport te maken met deze persoon, en je hebt altijd de keuze om dat niet te doen.
- Stem ook af op het looptempo van de ander: synchroniseer je voetstappen zodat ze gelijklopen met de ander. Niemand zal je hierop kunnen betrappen, terwijl het direct effect heeft.
- Utiliseer iemands metaforen. Zegt iemand: ‘We gaan dit tot het einde uitvechten.' Dan laat je jouw metafoor daarop aansluiten: ‘Goed plan: met extra veel munitie gaan we de strijd winnen.'
- Word zacht, vloeiend, warm en oordeelloos… met andere woorden: word charismatisch.
- Wil je rapport maken met een hele groep? Herken dan de informele leider van de groep. Lacht de rest pas bij een grap nadat de informele leider lacht? Dan heb je de informele leider gespot! Dit is de persoon met wie je rapport moet maken, want dan heb je direct ook rapport met de rest van de groep.
De 7 grootste don'ts (Rapport-fouten)
NLP is een kunst. Als je het te mechanisch toepast, ga je de fout in. Hier vind je de grootste rapport-fouten.
- Sommige mensen willen door middel van te veel vragen ‘luister-technieken’ inzetten waardoor ze zelf niet meer antwoorden op de vragen van de client. Antwoord met een feit, een persoonlijke noot en dan pas kaats je de vraag terug of stel je een nieuwe vraag. Bijvoorbeeld: “Wat heb je dit weekend gedaan?” “Ik heb getuinierd (feit), dat brengt me altijd tot rust (persoonlijke noot), wat heb jij dit weekend gedaan? (nu komt pas een vraag)”
- Te aardig zijn. Blijf ze nog altijd erop wijzen als ze iets doen wat jij niet acceptabel vindt. Blijf ze dus nog wel conditioneren. Zoals je inmiddels weet: rapport heeft niks met inhoudelijke normen, waarden en standaarden te maken. Blijf ze verdedigen terwijl je heerlijk in verbinding blijft – rapport dus.
- Te hard proberen. Ga juist mee in het natuurlijke ritme.
- Te graag iets willen, bijvoorbeeld een verkoper die te graag verbinding wil maken. De oplossing is rapport-fractionatie: meteen na een stuk rapport-opbouw kan je het rapport weer wegnemen door de connectie even te verbreken. Dit herhaal je een paar keer. Zo geef je de ander ook wat ademruimte en ben je niet plakkerig bezig.
- Geen rapport met jezelf. Dus niet congruent zijn in jezelf voordat je met een ander rapport probeert te maken. Wees dus juist oprecht geïnteresseerd met bijbehorende lichaamstaal.
- De rapport is niet breed genoeg, maar gefocust op slechts één gespreksonderwerp. De oplossing is om aan meer gespreksonderwerpen te starten waar je rapport in opbouwt.
- Te veel in iemands space komen. Niet letterlijk, maar met je blik en aandacht, zelfs al sta je vijf meter verderop, dan nog kan jouw blik penetrerend voelen. Dit bedoelen we dus vooral qua energie die je naar iemand straalt doordat je jezelf tot iemand richt. Op bepaalde momenten en/of met bepaalde mensen is het niet prettig voor hen als jij je helemaal tot hen richt en naar ze toe leunt – ook al heb jij hiermee de positieve intentie om interesse te tonen. Beter leun je in dat soort gevallen achterover en zet je jezelf in een hoek ten opzichte van die persoon.
De grootste rapport-fout is misschien nog wel het letterlijk spiegelen… Vergeet alles over ‘de andere persoon nadoen' en neem enkel dezelfde energie over van de ander.
- Heeft iemand een energie die een beetje losjes en speels is, dan ben ik ook losjes en speels.
- Is iemand strak en zakelijk, dan blijf ik ook strak en zakelijk in alles wat ik zeg en doe.
- Komt er een vrouw verleidelijk naar me toe, dan doe ik verleidelijk terug.
- Stelt iemand zich op een heel saaie, slappe manier voor, doe dan ook saai en slap.
- Stelt iemand zich enthousiast, stevig en lachend aan je voor, gooi jouw energie dan ook omhoog.
- Hangt de ander er een beetje passief, ingezakt en ongeïnteresseerd bij, neem dan zo’n zelfde hangende, passieve energie aan.
- Staat de ander in de startblokken om actief ergens mee te beginnen, activeer dan ook zo’n actieve energie in jezelf.
- Groet de ander jou op een verlegen manier, doe dan zelf ook verlegen.
- Groet de ander jou hartelijk, begroet de ander dan ook hartelijk.
Mijn baas waarschuwde me op mijn eerste werkdag over een vervelende klant: “Maar zij is een heel lastige, opstandige klant. Niemand krijgt haar mee.” Ik negeerde de waarschuwing omdat ik afwist van de kracht van rapport. Zonder aarzeling stapte ik op haar af met een opstandige energie. Ik hoorde haar met een harde, botte en dringende stem praten, dus praatte ik met een net zo harde en dwingende stem terug. “Eindelijk iemand met pit”, zei ze en ze ontdooide. Had ik een lieve ‘customer care-stem' opgezet, dan was ze geïrriteerd geweest.
Testen of je rapport hebt (Essentieel)
Nu je rapport hebt gemaakt, is het tijd om te testen of je ook daadwerkelijk rapport hebt. Dit bereik je door een niet-matchende (dus leidende) beweging te maken. Bijvoorbeeld door eens diep adem te halen. Als het goed is doet de ander dan automatisch mee! Is dat het geval, dan heb je met succes getest dat je rapport hebt. Je test dus voor onbewuste ontvankelijkheid en suggestibiliteit.
Wanneer iemand ineengedoken zit, met zijn armen over elkaar en met weinig energie, dan kun je eerst op de ander afstemmen (volgen) door in dezelfde houding en energie te zitten. Beetje bij beetje verander je je eigen houding (rechtop, armen van elkaar) en je zal merken dat het karakter van het gesprek zal veranderen (leiden).
Dit is ook een leuke manier om erachter te komen of iemand je in de gaten houdt omdat deze persoon jou leuk vindt. Als je in een drukke plek, groep, restaurant of feestje bent, kijk dan heel overduidelijk op je horloge. Wijs naar je horloge en knik bedachtzaam. Over-acteren is prima in deze situatie. Als iemand je in de gaten houdt, zal de ander opeens een neiging krijgen om ook de tijd te willen weten. Deze persoon zal naar zijn eigen horloge, telefoon of muur kijken om een klok te vinden.
Introductieoefeningen voor rapport
Onderstaande oefeningen zou je eigenlijk, ter introductie van het onderwerp ‘rapport', het beste vóór de bovenstaande uitleg kunnen doen.
Rapport-oefening 1 – Een klik maken
Doe deze opdracht met je oefenpartner of vind iemand die je nog niet kent. Vertel die persoon eventueel dat je een huiswerkoefening aan het doen bent en dat jullie allebei actief je best moeten doen. De opdracht is:
Maak een klik/connectie met elkaar.
Je krijgt 1 minuut.
Rapport-oefening – 2 gelijkenissen en 2 verschillen
Ga in gesprek met je oefenpartner. Zoek 2 gelijkenissen en 2 verschillen tussen jullie.
Je krijgt 5 minuten.
Rapport-oefening 3 – Gebruik de logische niveaus
Herhaal de vorige oefening, maar nu maak je gebruik van de logische niveaus als inspiratie. Misschien waren jullie eerst alleen maar op omgevingsniveau aan het zoeken.
En nu oefenen met rapport maken
Oefening 1 – Inhoudelijk geschillen, vorm bevat rapport
Ontvankelijk voor elkaar zijn betekent niet noodzakelijkerwijs dat men het eens is met de mening van een ander. Nu je weet hoe je rapport maakt kan je het inzetten bij het voeren van een discussie.
- Persoon A en B zijn in discussie over een onderwerp. Ze geven niet aan elkaar toe en gaan altijd tegen elkaar in.
- Persoon B matcht het lichaam en de stem van persoon A, terwijl ze het niet met elkaar eens zijn. Persoon A is gewoon zichzelf en houdt zijn standpunt vast.
- Persoon A zal wellicht voelen dat het onmogelijk is om niet naar een soort compromis te gaan, omdat persoon B matcht. Wat hier gebeurt is zoals ze in het Engels zeggen: agree to disagree. Er is een soort vibe van vrede en vriendschap, hoewel jullie het compleet met elkaar oneens zijn.
Voorbeeld van het gespreksonderwerp: er wordt een enorm winkelcentrum in jullie buurt gebouwd.
B: “Ik vind het een goed idee”
A: “Ik vind dat niet, er komt heel veel extra verkeer wat onveilig is voor de kinderen”
B: “Er komt inderdaad wat extra verkeer waardoor het wat onveiliger is voor de kinderen (B heeft hier geparafraseerd, wat als perfect moment dient om subtiel de lichaamshouding, stemeigenschappen en andere zaken over te nemen van A) maar Daar hebben ze aan gedacht”
A: “Er zullen files komen”
B: “Er zullen inderdaad files komen maar dat zal extra inkomen brengen”
Etc.
Oefening 2 – Inhoudelijk overeenstemming, vorm bevat geen rapport
- Nu gebeurt het tegenovergestelde. B en A zijn het eens met elkaar.
- B mismatcht A, bijvoorbeeld door ten opzichte van A veel te hard en snel te praten, veel te geanimeerd te bewegen, veel te veel enthousiasme in haar energie te stoppen, haar armen over elkaar heen te doen of juist breed te gaan zitten met haar armen terwijl A juist heel smal en open zit. Test eventueel verschillende energieën uit: een veel te enthousiaste energie ten opzichte van A en daarna een veel te lage en langzame energie.
- Probeer in het gesprek te blijven, maar A zal de drang voelen om weg te willen lopen. Het voelt alsof niet beide neuzen dezelfde kant op staan, hoewel jullie het inhoudelijk grondig met elkaar eens zijn. Zelfs echoën en parafraseren werkt dan niet vanuit B’s kant, omdat de energie en lichaamstaal een te sterk effect heeft.
Voorbeeld:
A: “Wat zullen we aan die snelweg doen?”
B: “Ik sta aan je kant man!” “We gaan de hele buurt bij elkaar halen om te protesteren!”
A: “Uhmm oké. De buurt… ja… dat is wel een goed idee… denk ik.”
B: “JA we gaan de hele buurt bij elkaar halen!”
Oefening 3 – Rapport door zintuiglijke beschrijvingen in de taal van de ander te matchen
Zintuiglijke beschrijvingen in taal heten ‘predikaten.' Hierop ga je letten bij deze oefening.
Een NLP-er is sowieso opmerkzaam op predikaten in iemands taal. Zegt de ander: ‘Ik leun heel erg tegen de VVD aan. Ik hoor Rutte praten en daar voel ik me comfortabel bij.' Bij een NLP-er zoud dan automatisch 3 keer een belletje gaan rinkelen. Kinesthetisch – auditief – kinesthetisch. De NLP-er zou dan zelf ook letterlijk kunnen leunen en zeggen: ‘Ik zou doen wat goed voelt. En luister naar datgene wat jou een evenwichtig gevoel geeft.'
- B maakt een praatje met A, en kan bijvoorbeeld beginnen met: “Vertel me eens over iets wat je leuk vindt om te doen, waar kan je echt van genieten?”
- A vertelt, bijvoorbeeld over zijn hobby dansen.
- B Begint de zintuiglijke taal (uit het rijtje VAKOG) van A te matchen. Doe dit 3 minuten. Sequenties kun je ook matchen, bijvoorbeeld V V K V.
Voorbeeld:
“Wat is er aan dansen precies wat je leuk vindt?”
‘’Ik hou echt van het gevoel van het ritme. Ik zag het op TV.”
“Dus het was echt de bewegingen van het gevoel van het ritme, het zat echt in je lichaam”
“Ja en soms ga je echt omhoog en soms echt omlaag”
“Sus soms echt opgetild en strak, en soms echt laaaaaag en zakt in de heupen en benen en dan kan je erin ontspannen. Wauw vertel me er meer over”
- Daarna ga je juist mismatchen. 2 minuten. Als B in gevoelswoorden gaat praten, nadat A juist een tijdje in visuele woorden heeft gepraat, zal A vast zoiets kunnen zeggen als: “Wat…. Wat zei je? Schets me een ander beeld”
- Daarna weer matchen. 1 minuut.
- Rollen omdraaien.
Oefening 4 – Doe de oogpatronen-rapport-oefening
Bekijk dit artikel over oogpatronen en doe de bijbehorende rapport-oefening.
Oefening 5 – Werken aan jouw rapport-vaardigheden
- Zorg dat iemand feedback kan geven op jouw rapport-vaardigheden. Deze persoon observeert jullie terwijl jullie in gesprek zijn. In welke houding zit jij en je gesprekspartner? Wat hoor je aan het stemgebruik? Wat valt je op aan de ademhaling? De feedbackgever geeft vervolgens zijn suggesties door middel van het feedback-model. Vervolgens stel je een doel voor een volgende situatie.
- In de volgende situatie waarin je rapport gaat opbouwen, vertel je je feedbackgevers wat jouw doel is. Tijdens het gesprek focus je op dit rapport-doel. Aan de hand van de feedback kun je bepalen of je succesvol aan dit doel hebt gewerkt!
Oefening 6 – Rapport oefenen in het wild
Maak rapport met een onbekende. Zorg voor een relatief lang contact. Laat jezelf ook observeren voor feedback.
Een handige manier om dit te doen, is: maak éérst rapport en doe daarna pas het eigenlijke ding. Vóórdat je ook maar iets inhoudelijks wilt gaan doen… Zoals het geven van een presentatie, coaching, meeting, workshop of les… Of het (ver)kopen van een product of dienst, zoals het huren van een speedboat op vakantie…
Denk deze week eraan om éérst rapport te maken. Neem er de tijd voor en maak eerst die verbinding met die persoon of personen waar je mee te maken hebt. Dit kan bijvoorbeeld al door even een praatje te maken en even te vragen hoe het met iemand gaat. Ga dan pas door met de zaak waar je eigenlijk voor kwam.
Rapport komt namelijk vóór alles volgens NLP.
- Variatie: maak rapport met iemand die je niet mag.
- Variatie: maak rapport terwijl je een uitdagend gesprek hebt, zoals een conflict, iemand waar je een verschil van mening mee hebt, iemand waarmee je geen goed contact hebt of een voor jou moeilijke vraag.
Oefening 7 – Rapport maken als team
Stel dat je met een groep van drie personen een product gaat verkopen bij een ander bedrijf, waar ook 3 mensen je aan het opwachten zijn. Voordat het gesprek gaat beginnen, spreek je af wie van jouw team een persoon van het andere team gaat matchen. Zo verdeel je het zodat iedereen een partner heeft om te matchen. Spreek ook een signaal af om twee keer door te schuiven, zodat er aan de hele tafel rapport is. Dit is heel belangrijk, want zonder rapport voel je je niet begrepen.
Succes met het oefenen van rapport en bekijk tot slot wat Tony Robbins hierover zegt
Afsluitend: je zou kunnen zeggen dat rapport hét belangrijkste is om te bereiken wat je wil. ‘Met rapport is alles mogelijk, zonder rapport is niks mogelijk'. Focus dus ook vooral op de mate van rapport tijdens het feedback geven. Op welke manieren bouw of breek jij rapport? Laat het weten in de reacties.
Praktisch boek over NLP
Vond je dit een zinvol artikel? Dan wijs ik je tot slot graag op het inspirerende NLP Doe-Boek, zodat we het ook samen in de praktijk gaan brengen. Hierin zitten meer dan 100 verschillende tools, tips en technieken vanuit NLP, waaronder bruikbare challenges om met rapport maken aan de slag te gaan. Bekijk het NLP Doe-Boek hier >>